Anna Amalia van Pruisen
Duitse prinses, abdis en componiste / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Anna Amalia van Pruisen (Berlijn, 3 november 1723 - Berlijn, 30 maart 1787) was de jongste dochter van Frederik Willem I van Pruisen en van Sophia Dorothea van Hannover, de dochter van koning George I van Groot-Brittannië. Anna hield veel van muziek en bespeelde harp, fluit en viool. Ze was de jongste zus van de Pruisische koning Frederik de Grote.
Anna Amalia van Pruisen | ||
---|---|---|
1723−1787 | ||
Prinses Anna Amalia van Pruisen | ||
Prinses-abdis van de abdij van Quedlinburg | ||
Periode | 1756−1787 | |
Voorganger | Marie Elisabeth | |
Opvolger | Sophia Albertina | |
Geboren | 3 november 1723 Berlijn, Pruisen | |
Overleden | 30 maart 1787 Berlijn, Pruisen | |
Vader | Frederik Willem I van Pruisen | |
Moeder | Sophia Dorothea van Hannover | |
Dynastie | Hohenzollern | |
Broers/zussen | Frederik II | |
Partner | Friedrich von der Trenck? |
Ze zou een - geschiedkundig niet aantoonbare - affaire hebben gehad met de officier en avonturier Friedrich von der Trenck. Haar broer Frederik liet von der Trenck in 1745 zonder aanklacht opsluiten in de vesting Gladz, vermoedelijk op verdenking van spionagecontacten met zijn broer Franz von der Trenck. Amalia huwde nooit en zou in de loop der jaren steeds eigenwijzer, kwaadwilliger en sarcastischer worden, althans volgens de hofchroniqueurs.
In 1756 maakte Frederik haar abdis van de abdij van Quedlinburg. Ze verbleef echter zelden in het klooster en bracht het grootste deel van haar tijd door in Berlijn, waar zij bekend werd als componiste.