ESG-criteria
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
ESG-criteria zijn milieu-, sociale en bestuurscriteria voor de activiteiten van een bedrijf die gevolgen kunnen hebben voor de samenleving of het milieu.[1] De ESG (Environmental, Social and Governance)-criteria vormen de drie belangrijkste criteria die gebruikt worden om de duurzaamheid en de ethische weerslag van een investering in een bedrijf of in een economisch veld te meten. Zo vormen ze een meetbare verantwoorde investering. De drie onderdelen hebben geen enkele onderlinge samenhang en moeten dus apart worden gevalideerd. Dat is ook opgenomen in de concept verordening van de Europese Raad en het Parlement van 14 februari 2024. ESG-ratingaanbieders staan voortaan onder toezicht van de Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA).[2]
Deze dimensies en de verschillende criteria die eraan verbonden zijn, helpen om de maatschappelijke bijdrage van een bedrijf op elk van deze aspecten te bepalen en maken het mede mogelijk om de analyse van de toekomstige financiƫle prestaties van bedrijven, winstgevendheid en risico's, te verbreden en te verrijken.
De drie ESG-criteria liggen aan de basis van het maatschappelijk verantwoord ondernemen. De drie letters van het criterium kunnen per bedrijf erg verschillend uitvallen.
Investeerders kunnen hun investering vervolgens langs de ESG-meetlat leggen en op een drietal manieren invloed uitoefenen:
- Uitsluiten (dus verkopen)[3][4]
- Stemmen (meebeslissen als aandeelhouder)[5]
- Engagement, ofwel de betrokkenheid bij het bedrijf verzwaren, in een open dialoog.(Ezelsbruggetje weer drie letters:USE)[6][7]
In Nederland stelde Bart Smals op 3 november 2021 10 Kamervragen aan staatssecretaris Dennis Wiersma na het plotselinge vertrek van de Stichting Pensioenfonds ABP uit fossiel.[8] Op 17 december 2021 volgden de antwoorden.[9] Pensioenfonds PFZW nam vervolgens een iets minder streng standpunt in.[10] Februari 2024 bleek dat PFZW toch 97% van zijn fossiele belangen had verkocht.[11]