FTSE 100
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
FTSE 100 | ||
---|---|---|
Afkorting voor | Financial Times Stock Exchange | |
Oprichting | 1984 | |
Beurs | London Stock Exchange | |
Locatie | Londen, Engeland | |
Fondsenaantal | 100 | |
Marktkapitalisatie | £ 1920 miljard (31 dec. 2022) | |
Soort | nationale index | |
Methode | marktwaarde gewogen | |
Hoofdfondsen | HSBC, Royal Dutch Shell, BP | |
Website | FTSE Group website |
De Financial Times Stock Exchange Index (kortweg de FTSE 100) is de belangrijkste graadmeter van de effectenbeurs van Londen.
De samensteller van de index was oorspronkelijk een joint venture tussen de krant de Financial Times en de beurs de London Stock Exchange (LSE). Tegenwoordig is FTSE Russell, een dochterbedrijf van LSE, de eigenaar en beheerder van de aandelenindex.
Op 3 januari 1984 is de FTSE 100 van start gegaan, met een waarde van 1000 punten. In de index zijn de 100 grootste bedrijven, gemeten naar de beurswaarde, opgenomen waarbij ook rekening wordt gehouden met de handelsvolumes, de liquiditeit, van de aandelen.
In de index zijn 100 bedrijven opgenomen.
Samenstelling
In december 2022 was de financiële sector de grootste in de index met een gewicht van 19,1%, gevolgd door de sector gezondheidszorg met 13,2% en op de derde plaats de energiesector met 13,0%. De 10 grootste bedrijven hadden een totaal gewicht van 50,7% in de totale marktkapitalisatie van alle deelnemers in de index.
In onderstaande tabel staan de vijf grootste bedrijven gemeten naar marktkapitalisatie in de index. De cijfers luiden in miljarden en geven de stand aan per 31 december 2022. De vijf hebben een totale waarde van 625 miljard pond en vertegenwoordigen daarmee 32,5% van de index.
Rang | Bedrijf | Marktkapitalisatie (£) | Indexgewicht |
---|---|---|---|
1 | AstraZeneca | 166 | 8,6% |
2 | Royal Dutch Shell | 165 | 8,6% |
3 | Unilever | 106 | 5,5% |
4 | HSBC | 104 | 5,4% |
5 | BP | 85 | 4,4% |
Koersverloop
Jaar[1] | FSTE 100 | Jaar | FSTE 100 | |
---|---|---|---|---|
2008 | −28,3% | 2018 | -8,7% | |
2009 | 27,3% | 2019 | 17,3% | |
2010 | 12,6% | 2020 | -11,5% | |
2011 | -2,2% | 2021 | 18,4% | |
2012 | 10,0% | 2022 | 4,7% | |
2013 | 18,7% | |||
2014 | 0,7% | |||
2015 | -1,3% | |||
2016 | 19,1% | |||
2017 | 11,9% |
Bronnen, noten en/of referenties
|
Text is available under the CC BY-SA 4.0 license; additional terms may apply.
Images, videos and audio are available under their respective licenses.