Geschiedenis van de politieke partijen in Duitsland
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De moderne politieke partijen in Duitsland zijn in het midden van de 19e eeuw ontstaan, toen afgevaardigden in parlementen zich begonnen te verenigen tot hechtere groeperingen. In het begin stonden de regeringsgezinde conservatieven en de oppositionele liberalen tegenover elkaar. In de loop van de decennia ontstonden hechte organisaties die belangrijke functies in het politieke systeem vervulden.
Belangrijk voor de ontwikkeling van het partijenstelsel was het Frankfurter Parlement van 1848/1849, het eerste parlement voor heel Duitsland. In de jaren 1860 ontstonden de eerste eigenlijke partijen met programma's. In het Duitse Keizerrijk, dat in 1871 tot stand kwam, konden de partijen via de Rijksdag meebeslissen over de wetgeving. Twee conservatieve partijen en de nationaal-liberalen (rechts-liberalen), die zich in 1867 van de liberalen hadden afgesplitst, steunden de rijksregering. Het katholieke Zentrum en de links-liberalen werkten eveneens soms met de regering samen. De Sozialdemokratische Partei Deutschlands (SPD), zoals deze partij sinds 1891 heet, bleef in principe oppositioneel tegenover de toenmalige staat. Daarnaast zaten in de Rijksdag meerdere regionale partijen en partijen van minderheden, belangenpartijen en kleine partijen van antisemieten.
Vanaf 1917 namen Zentrum-leden, links-liberalen en (vanaf 1918) sociaaldemocraten deel aan de rijksregering. In de Weimarrepubliek van 1919 konden de partijen meestal geen constructieve meerderheid in het parlement vormen. De grotere partijen uit het Keizerrijk bleven grotendeels bestaan. Diverse nieuwe belangen- en extremistische partijen verschenen ten tonele, zoals de links-extremistische Kommunistische Partei Deutschlands (KPD) en de rechts-extremistische Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei (NSDAP). De laatste nam in 1933 de macht over en maakte alle andere partijen illegaal.
Na de Tweede Wereldoorlog waren in de westerse bezettingszones en vervolgens in de Bondsrepubliek (vanaf 1949) vooral twee grote partijen toonaangevend: de christendemocratische CDU en de sociaaldemocratische SPD. Na een eerste periode met enkele andere kleinere partijen kwam in 1961 alleen nog de liberale FDP in de Bondsdag. Rond 1980 deed de ecologisch-alternatieve partij Die Grünen haar intrede in het politieke bestel.
In de Duitse Democratische Republiek ontstond na de gedwongen vereniging van de KPD en de SPD in 1946 de Sozialistische Einheitspartei Deutschlands (SED). Ze liet zogeheten blokpartijen bestaan om haar één-partijen-dictatuur te camoufleren. Na 1990 ging die partij door als Partei des Demokratischen Sozialismus (PDS, sinds 2007: Die Linke). Duitsland heeft sindsdien op federaal niveau een stelsel dat in wezen uit vijf partijen bestaat, CDU/CSU, SPD, FDP, Linke en Grüne. Verder bestonden en bestaan er op deelstaatniveau en in de gemeenten nog andere partijen.