Grote Ontginning
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De Grote Ontginning was een periode van ontginningen die begon in de 10e eeuw en duurde tot de 13e eeuw. Tijdens deze periode veranderde de prehistorische veenwildernis, die zich uitstrekte van de Hollandse Duinen tot aan de Utrechtse Heuvelrug, in landbouwgrond door middel van menselijke arbeid en gereedschap zoals spaden en kruiwagens. De ontginningen vonden plaats in wat later bekend werd als het Groene Hart of de Hollands-Utrechtse laagvlakte. Het landschap en grondpatroon van deze regio is sindsdien nauwelijks veranderd.
Voor turfwinning: zie Vervening