Dmanisi-mensen
soort uit het geslacht Homo / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De Dmanisi-mensen zijn een groep sinds 1991 bij Dmanisi, in Georgië gevonden schedels, onderkaken, en skeletdelen die soms gezien worden als een aparte uitgestorven mensensoort Homo georgicus, maar ook vaak worden ingedeeld bij de soort Homo erectus. De botten vertegenwoordigen de oudste menselijke vondsten die ooit buiten Afrika gedaan zijn. Radiometrische datering van vulkanische lagen, paleomagnetisme en de fauna, zoals de Etruskische neushoorn en Cervus perrieri, wijzen op een leeftijd van 1,8 miljoen jaar.[1] Er zijn veel stenen werktuigen aangetroffen.
Dmanisi-mensen | ||||
---|---|---|---|---|
Model van Schedel 3 | ||||
Datering | 1,8 Ma | |||
Periode | Vroegpaleolithicum | |||
Cultuur | Pre-Oldowan | |||
Archeologische informatie | ||||
Vindplaats | Dmanisi | |||
Jaar | 1991 - 2005 | |||
Ontdekker | David Lordkipanidze | |||
Collectie | Nationaal Museum van Georgië | |||
|
Het is heel omstreden welke naam aan deze mensen moet worden gegeven. Eerst deelde men ze in bij de Afrikaanse Homo ergaster. In 2002 werden ze benoemd als een aparte Homo georgicus die evolutionair tussen de oudere Homo habilis en de jongere soort Homo erectus in zou staan, qua herseninhoud en gezichtsvorm. Sommige onderzoekers dachten dat er twee soorten in het materiaal aanwezig waren, maar andere meenden dat verschillen het gevolg waren van seksuele dimorfie: de mannen zouden veel robuuster zijn dan de vrouwen. In 2013 werd Homo georgicus door zijn naamgevers herroepen, die nu spraken van een Homo erectus ergaster georgicus.[2] Dit werd weer niet aanvaard door andere wetenschappers.
Homo georgicus was met een lengte van anderhalve meter en een gewicht van vijftig kilogram duidelijk een stuk kleiner dan de meeste groepen die bij Homo erectus zijn ingedeeld. Uniek voor het geslacht Homo is een combinatie van een kleine hersenpan, soms niet meer dan 546 cc in volume, met heel zware onderkaken die een soort snuit vormen. Zoals alle latere mensensoorten was hij tweevoetig (bipedaal).[1] Zijn benen waren relatief lang zodat hij lange afstanden kon afleggen en vrij snel rennen.
De verwantschappen van Homo georgicus zijn onzeker. De mens moet van Afrika uit Eurazië gekoloniseerd hebben. Het is wel gedacht dat Homo georgicus simpelweg de eerste fase van een enkelvoudige kolonisatiegolf vertegenwoordigt. Dat past echter slecht bij het gegeven dat de Afrikaanse Homo ergaster verder in de richting van de moderne mens geëvolueerd is. Het is daarom wel geopperd dat H. georgicus afstamde van Homo habilis, terugkeerde naar Afrika en daar H. ergaster voortbracht die dan in een tweede golf naar Azië de voorouder werd van de Oost-Aziatische Homo erectus (de Pekingmens en Javamens). Maar dat verklaart weer niet waarom Homo georgicus bepaalde specialisaties deelt met de Oost-Aziatische Homo erectus die Homo ergaster mist.
Homo georgicus leefde in een tamelijk koele habitat. Hij at vermoedelijk veel vlees. Dat werd verwerkt met vrij eenvoudige werktuigen van het Oldowan-type. Vuistbijlen zijn niet aangetroffen. Daarnaast werden noten en bessen gegeten. Er zijn geen sporen gevonden van vuurgebruik. Onduidelijk is of Homo erectus al een gesproken taal kende. Een tandeloos individu wist jaren lang te overleven, een aanwijzing voor altruïsme.