Ionkanaal
proteïne / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Een ionkanaal is een eiwit dat zorgt voor het passieve transport van ionen door het celmembraan van een cel. Het celmembraan zelf is, onder normale omstandigheden, bijna niet doorlaatbaar voor geladen of hydrofiele stoffen. Een ionkanaal onderscheidt zich van een gewone porie, doordat het afwisselend open en gesloten kan zijn. Ionkanalen reguleren de membraanpotentiaal van de cel doordat ionen via deze kanalen met hun elektrochemische gradiënt mee de cel in of uit kunnen stromen. In tegenstelling tot ionenpompen (ATPasen) kunnen ionkanalen geen ionen tegen hun elektrochemische gradiënt in transporteren.[1]
Ionkanalen komen in alle dierlijke en plantaardige cellen voor, maar zijn in het bijzonder ontwikkeld en aanwezig
- in het zenuwstelsel, waar zij transmissie van signalen binnen de zenuwcellen mogelijk maken door voortgeleiding van actiepotentialen, en communicatie tussen cellen door middel van neurotransmitters,
- in het hart, waar zij de initiatie en verspreiding van actiepotentialen mogelijk maken en zo de samentrekking van de hartspier coördineren.
De belangrijkste en meest voorkomende ionkanalen laten de volgende ionen door: Na+, K+, Ca2+, en Cl−.