Klasse van de wilgenvloedbossen en -struwelen
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Klasse van de wilgenvloedbossen en -struwelen | |
---|---|
Klasse van de wilgenvloedbossen en -struwelen met o.a. schietwilg | |
Syntaxonomische indeling | |
| |
Klasse | |
Salicetea purpureae Moor, 1958 | |
Afbeeldingen op ![]() |
De klasse van de wilgenvloedbossen en -struwelen (Salicetea purpureae) is een klasse die bos- en struweelgemeenschappen omvat die voorkomen op periodiek overstroomde, laaggelegen gronden. Typisch voor de bossen en struwelen uit deze klasse zijn de dominerende en aspectbepalende smalbladige wilgen en soms ook populieren.
Naamgeving en codering
- Frans: Forêts riveraines à bois tendre
- Duits: Weichholzauen-Gehölze, Weidengebüsche und Weidenwälder
- Engels: Willow and poplar woods of river banks and wide valleys
- Syntaxoncode voor Nederland (RVvN): r41
- BWK-karteringseenheid: Vochtig wilgenstruweel op voedselrijke bodem (sf)
De wetenschappelijke naam Salicetea purpureae is afgeleid van de botanische naam van een kensoort van deze klasse, de bittere wilg (Salix purpurea).
Symmorfologie
De klasse bevat qua formaties zowel loofbossen als -struwelen. De vegetatiestructuur wordt gekenmerkt door een dominante boom- en/of struiklaag; deze gaan vaak in elkaar over. De vegetatie kan matig open tot zeer dicht zijn. Naast een aantal wilgensoorten komt ook de zwarte populier voor. Deze bomen verspreiden zich door zaden met vruchtpluis of vegetatief met afgebroken takken.
De kruidlaag bestaat meestal uit een weelderige ruigte met soorten die ook in de klasse van de natte strooiselruigten en de riet-klasse worden aangetroffen.
De moslaag is beperkt, het gewoon dikkopmos is de meest voorkomende mossensoort.
Ecologie
De klasse van de wilgenvloedbossen en -struwelen omvat plantengemeenschappen van periodiek overstroomde, laaggelegen gronden in de uiterwaarden van grote rivieren en in het zoetwatergetijdengebied. De bodem is in de regel weinig gestructureerd, voedselrijk, en min of meer kalkhoudend. In tegenstelling tot de klasse van de wilgenbroekstruwelen (Franguletea) is de grondwaterspiegel bij klasse van de wilgenvloedbossen en -struwelen zeer variabel. Hevige overstromingen en kruiend ijs, erosie en sedimentatie zorgen voor dynamiek, brengen voedsel aan en beschadigen of ontwortelen regelmatig bomen; de vegetatie herstelt zich meestal vrij snel. Ook binnendijks komen deze gemeenschappen voor, maar zijn dan meestal beperkt tot struwelen.
Wilgenvloedbossen werden historisch aangeplant om als hakhout beheerd te worden; deze grienden werden langs de grote rivieren en onder andere in de Biesbosch algemeen aangetroffen. Verlaten grienden evolueren spontaan tot zachthoutooibossen.
Onderliggende syntaxa in Nederland en Vlaanderen
De klasse van de wilgenvloedbossen en -struwelen wordt in Nederland en Vlaanderen vertegenwoordigd door maar één orde en maar één onderliggend verbond. In totaal omvat deze klasse in Nederland en Vlaanderen drie associaties, één derivaatgemeenschap en één rompgemeenschap.
- Orde van de wilgenvloedbossen en -struwelen (Salicetalia)
- Verbond van de wilgenvloedbossen en -struwelen (Salicion albae)
- Bijvoet-ooibos (Artemisio-Salicetum albae)
- Lissen-ooibos (Irido-Salicetum albae)
- Veldkers-ooibos (Cardamino amarae-Salicetum albae)
- Verbond van de wilgenvloedbossen en -struwelen (Salicion albae)
- Orde van de wilgenvloedbossen en -struwelen (Salicetalia)
- Derivaatgemeenschap van reuzenbalsemien (DG Impatiens glandulifera-[Salicion albae/Alno-Padion])
- Rompgemeenschap van grote brandnetel (RG Urtica dioica-[Salicion albae])
Diagnostische taxa voor Nederland en Vlaanderen
In de onderstaande tabel staan de belangrijkste kensoorten en begeleidende soorten van de klasse van de wilgenvloedbossen en -struwelen voor Nederland en Vlaanderen.
Kensoort | Diff.soort | Presentie | Nederlandse naam | Wetenschappelijke naam | Opmerking |
---|---|---|---|---|---|
Boomlaag | |||||
kK | > 70% | schietwilg | Salix alba | ||
kK | > 50% | katwilg | Salix viminalis | ||
kK | > 40% | amandelwilg | Salix triandra | ||
kK | < 10% | bittere wilg | Salix purpurea | ||
kK | < 10% | kraakwilg | Salix fragilis | ||
Struiklaag | |||||
- | |||||
Kruidlaag | |||||
- | |||||
Moslaag | |||||
- |
Vegetatiezonering
Begroeiingen uit de klasse van de wilgenvloedbossen en -struwelen vormen regelmatig contactgemeenschappen met begroeiingen uit de klasse van de nitrofiele zomen, de klasse van de natte strooiselruigten, de riet-klasse, de klasse van de ruderale gemeenschappen, de klasse van de doornstruwelen, de weegbree-klasse en de eendenkroos-klasse.
Biologische Waarderingskaart
In de Biologische Waarderingskaart (BWK) van Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest staat deze klasse, samen met de associatie van grauwe wilg uit de nauw verwante klasse van de wilgenbroekstruwelen, bekend als vochtig wilgenstruweel op voedselrijke bodem (sf).
Het vochtig wilgenstruweel op voedselrijke bodem wordt gewaardeerd als 'Biologisch zeer waardevol'.
Afbeeldingen
- Blauwe reigers in een wilgenvloedbos
Text is available under the CC BY-SA 4.0 license; additional terms may apply.
Images, videos and audio are available under their respective licenses.