Non-directional beacon
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Een non-directional beacon (NDB) is een radionavigatiemiddel dat wordt gebruikt bij luchtvaartnavigatie.
Het bestaat uit twee delen: bakenzenders op de grond en in het vliegtuig een automatische richtingszoeker, die ADF (automatic direction finder) wordt genoemd.
De bakenzender zendt rondom (niet gericht, Engels: non-directional) een radiosignaal uit op een frequentie in het LF- of MF-bereik (200 kHz - 415 kHz). Door middel van een peilontvanger kan de positie van het radiosignaal ten opzichte van het vliegtuig worden bepaald. De wijzer van een ADF geeft de richting aan waar het baken zich ten opzichte van het vliegtuig bevindt. Door de richting naar twee verschillende bakens te bepalen weet de piloot waar hij zich bevindt. De bakens zenden een twee- of drieletterige identificatie uit in morsecode; de piloot kan horen welk baken door de ADF in het vliegtuig wordt uitgepeild. De meeste NDB's kunnen tot een afstand van 25 NM met een redelijke precisie worden gepeild.
Tegenwoordig worden NDB's veel minder vaak dan vroeger gebruikt als navigatiehulpmiddel op luchtroutes. De komst van VORs en GPS heeft het gebruik van NDB's naar de achtergrond gedrongen.