Het Oost-Pruisenoffensief (Russisch: Восточно-Прусская операция) was een onderdeel van de veldtocht van het Rode Leger aan het oostfront in de winter van 1945. Vanaf 13 januari 1945 tot 25 april 1945 vielen het 2e Wit-Russische Front, het 3e Wit-Russische Front en het 1e Baltische Front de Duitse Heeresgruppe Mitte in Oost-Pruisen aan. Na hevige gevechten werden de Duitse legers naar de Oostzeekust teruggedreven, omsingeld in verschillende pockets en ten slotte vernietigd. Omdat dit de eerste aanval van het Rode Leger op Duits grondgebied was, waren de gevechten bijzonder hevig. De Sovjets waren door hun oorlogspropaganda opgehitst om zich te wreken voor het leed van de voorbije jaren en de Duitsers waren vastbesloten om hun burgers te beschermen. Na een beleg van enkele maanden viel de hoofdstad Koningsbergen op 8 april 1945 in handen van het 3e Wit-Russische Front.
Snelle feiten Onderdeel van Tweede Wereldoorlog (oostfront), Datum ...
Oost-Pruisenoffensief |
Onderdeel van Tweede Wereldoorlog (oostfront) |
Datum |
13 januari - 25 april 1945 |
Locatie |
Oost-Pruisen |
Resultaat |
Beslissende overwinning voor de Sovjet-Unie |
Strijdende partijen |
|
Leiders en commandanten |
|
Troepensterkte |
580.000 soldaten 200.000 volkssturm |
1.669.100 soldaten |
|
Verliezen |
Onbekende doden of gewonden 220.000 krijgsgevangenen |
126.464 doden of vermisten 458.314 gewonden en zieken |
|
Sluiten
De aanval van het Rode Leger op deze Duitse provincie leidde tot een grote stroom vluchtelingen naar het westen. Talloze Duitse burgers kwamen om tijdens deze tocht onder barre weersomstandigheden. Dit offensief staat ook bekend als het Tweede Oost-Pruisische offensief, want het Rode leger had reeds in oktober 1944 een poging ondernomen om Oost-Pruisen te veroveren. Deze poging leidde tot de mislukte Gumbinnen-operatie.