Pamirtalen
taalfamilie / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De Pamirtalen zijn een geografisch bepaalde groep binnen de Oost-Iraanse talen, gesproken door een verscheidenheid aan volkeren in het Pamir-gebergte, vooral langs de Pandj en haar zijrivieren. Het spraakgebied omvat de provincie Badachsjan in het noordoosten van Afghanistan en de autonome provincie Gorno-Badachsjan in Oost-Tadzjikistan. Kleinere gemeenschappen zijn te vinden in de aangrenzende gebieden van Pakistan. Het Sarikoli, een van de talen van de Pamirgroep, wordt gesproken voorbij het Sarikolgebergte, in het Autonoom Tadzjieks Arrondissement Taxkorgan van China. Hiermee is het het meest oostelijke van de bestaande Iraanse talen. De enige andere levende Zuidoost-Iraanse taal is het Pasjtoe.
Er zijn geen gezamenlijke eigenschappen die de Pamirtalen als subgroep binnen de Oost-Iraanse talen onderscheiden, anders dan de geografische locatie. Daarentegen kan men binnen de Pamirtalen vier betrouwbare groepen onderscheiden:
- De Shughni-Yazgulyam-groep, met inbegrip van Shughni, Sarikoli en Yazgulyam
- Munji en Yidgha
- Ishkamimi en verwante dialecten
- Wachi
De talen hebben de subject-object-werkwoord syntactische typologie.
De overgrote meerderheid van Pamir-sprekers in Tadzjikistan en Afghanistan gebruikt het Tadzjieks als literaire taal, dat in tegenstelling tot de talen van de Pamir-groep een West-Iraanse taal is. De taalgroep wordt bedreigd, met een totaal aantal sprekers rond 100.000 (in 1990).