Zuurgebraad
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Zuurgebraad (Duits: Sauerbraten) is een Duits vleesgerecht dat kan worden bereid door het smoren van diverse vleessoorten[1]. Meestentijds wordt rundvlees gebruikt, maar soms ook kalfsvlees, lamsvlees en schapenvlees, varkensvlees en traditioneel paardenvlees. Voorafgaand aan de definitieve bereiding wordt het vlees gedurende 3 a 10 dagen gemarineerd in een mengsel van azijn of wijn, water, kruiden, specerijen en smaakversterkers. Aangezien voornamelijk taaie vleesstukken worden gebruikt (zoals staartstuk of bovenbil van het rund) in zuurgebraad, resulteert het lange marineren in malser vlees en daardoor in een zacht en sappig eindgerecht.
Zuurgebraad wordt beschouwd als een van de nationale gerechten van Duitsland. Het is tevens een van de bekendste Duitse gerechten en wordt derhalve vaak opgediend in Duits georiënteerde restaurants buiten Duitsland. De verscheidene streekgebonden varianten van het gerecht zijn die uit Franken, Thüringen, het Rijnland, Saarland, Silezië en Zwaben. In een klein deel van Duitsland worden aardappelpannenkoeken (hetzij Kartoffelpuffer, hetzij Reibekuchen) geserveerd met zuurgebraad. Ook vele Duitse restaurants in de Verenigde Staten doen dit.
Van oudsher wordt zuurgebraad geserveerd met traditionele Duitse bijgerechten, zoals rodekool, knoedels of Kartoffelklöße, Spätzle en gekookte aardappels[2].