Stuwrecht
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Het stuwrecht is het recht om water van een beek op te stuwen tot een door de rechthebbende gewenst peil en dit water vervolgens te gebruiken voor aandrijving van een machine of om het aan de gewone loop van een beek te onttrekken. Het gebruik van water kan ook los van het stuwrecht vastgelegd zijn in het waterrecht en het hebben van een water- of windmolen kan vastgelegd zijn (geweest) in het molenrecht.
Het stuwrecht is vooral bij watermolens een wenselijke genotsrecht, omdat door de stuwing van het water het peil hoger komt te staan waardoor het water meer kracht heeft en boven op het rad gebracht kan worden met een bovenslagmolen. Vaak zijn daarvoor een molentakken en/of stuwvijvers aangelegd.