Trombose
aandoening door een bloedstolsel, die gevormd is in een bloedvat / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Trombose is de aandoening dat er in een bloedvat een bloedstolsel, de zogenaamde trombus, gevormd wordt. Trombose kan ontstaan in slagaderen en aderen. Een slagaderlijke (arteriële) trombus leidt tot een verminderde bloedtoevoer in de weefsels die door deze slagader worden verzorgd. Een slagaderlijke trombose ontstaat meestal in samenhang met atherosclerose. Een aderlijke (veneuze) trombus leidt tot verminderde bloedafvoer en zwelling.
Neem het voorbehoud bij medische informatie in acht. Raadpleeg bij gezondheidsklachten een arts. |
Bekende gevolgen van slagaderlijke trombose zijn:
Bekend gevolg van aderlijke trombusvorming is:
- Diepveneuze trombose
- Sinustrombose (cerebrale veneuze trombose)
Een gevaar bij trombose is dat de bloedstolsels losraken van de vaatwand en door het stromende bloed meegevoerd worden tot ze vastlopen in een kleiner bloedvat, en dat afsluiten. Zo'n meegevoerd bloedstolsel wordt een embolus genoemd en de afsluiting embolie. Een embolie kan de bloedtoevoer naar organen en weefsels afsluiten en leiden tot ernstige schade. In de hersenen veroorzaakt een embolie bijvoorbeeld een herseninfarct, in het hart een hartinfarct en in de longen een longembolie na het losschieten van een trombus uit een diepveneuze trombose.