Woordvolgorde
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De term woordvolgorde verwijst in de taalkunde in het algemeen naar de verschillende manieren waarop constituenten worden gerangschikt en onderling samenhangen. In sommige - met name analytische - talen is de volgorde van woorden en zinsdelen in hoge mate bepalend voor de betekenis van de zin als geheel, in andere - met name synthetische - talen wordt deze betekenis in de eerste plaats weergegeven door middel van uitgangen en verbuiging. Een combinatie van deze twee dingen - een vaste woordvolgorde en veel morfologische uitgangen - komt slechts sporadisch voor (bijvoorbeeld in het Farsi).
Woord- volgorde | Nederlands voorbeeld | Percentage van alle talen | Voorbeeldtalen |
---|---|---|---|
SOV | "Zij hem ziet." | 45% | Bengaals, Hindi-Urdu, Japans, Koreaans, Latijn, Oudgrieks, Perzisch, Sanskriet |
SVO | "Zij ziet hem." | 42% | Chinees, Engels, Frans, Hausa, Italiaans, Nederlands, Maleis, Russisch, Spaans |
VSO | "Ziet zij hem." | 9% | Arabisch, Bijbels Hebreeuws, Filipijns, Iers, Toeareg, Welsh |
VOS | "Ziet hem zij." | 3% | Malagasitalen, Baure, Car |
OVS | "Hem ziet zij." | 1% | Apalaí, Hixkaryana, Klingon |
OSV | "Hem zij ziet." | 0% | Warau, Kabardijns |
Frequentie van woordvolgordes in talen bestudeerd door Russell S. Tomlin in 1986[1][2] |
Er bestaat in ieder geval een soort universele tendens om het onderwerp voorop in de zin te plaatsen. Ook bestaat er over het algemeen een voorkeur voor de bedrijvende vorm. De volgorde van bepaalde woordsoorten blijkt eveneens aan regels gebonden. Zo staan het bijvoeglijk naamwoord en het telwoord in de meeste talen voor het zelfstandig naamwoord.
Alle talen hanteren een of meer van de volgende zes woordvolgordes als de standaardnorm.
S= Subject of onderwerp · O= Object · V= Verb, werkwoord
- SOV-volgorde (deze komt het meest voor)
- SVO-volgorde
- VSO-volgorde
- VOS-volgorde
- OSV-volgorde
- OVS-volgorde (in slechts enkele kleine talen)