Europees clubhonkbal
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Europees clubhonkbal is in het honkbal het geheel aan de door de Europese Honkbalfederatie (CEB) georganiseerde Europese clubcompetities. Tegenwoordig bestaan er drie van dergelijke internationale competities:
- European Champions Cup; het oudste en belangrijkste bekertoernooi dat sinds 1963 wordt georganiseerd en tot 2013 als de Europa Cup I (Europacup voor landskampioenen) bekendstond. Hieraan doen sinds 2016 acht clubteams mee. Het land van de verliezende club verliest de startplaats in het toernooi, hun vertegenwoordiger komt het jaar erop uit in de CEB Cup.
- CEB Cup; in 2016 heringevoerd nadat hierom eerder van 1993-2007 werd gespeeld. Hieraan doen acht teams mee. De winnaar verdient hiermee voor zijn land een startplaats in de Champions Cup. Het land van de verliezende club verliest de startplaats in het toernooi, hun vertegenwoordiger komt het jaar erop uit in de Federations Cup.
- Federations Cup; in 2016 ingevoerd. Hieraan doen zes teams mee. De winnaar verdient hiermee voor zijn land een startplaats in de CEB Cup. Daarnaast worden er kwalificatietoernooien georganiseerd waarvan de winnaars voor hun land een startplaats verdienen in het hoofdtoernooi van de Federations Cup, zij nemen de plaats in van de landen van de laagst geëindigde clubs in het hoofdtoernooi.
In het verleden werd er ook in de Europa Cup II (Europacup voor bekerwinnaars; 1990-2007) door clubteams in Europees verband honkbal gespeeld.
In 1982 werd de EC-I niet gespeeld in verband met de deelname van Italië en Nederland aan het WK in Zuid-Korea. In 2020 werden de toernooien afgelast in verband met de nasleep van de uitbraak van het coronavirus in Wuhan.[1]