God is dood
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
God is dood (Duits: "Gott ist tot") is een filosofische uitspraak die met name door de Duitse filosoof Friedrich Nietzsche bekend is geworden. Nietzsche bedoelt met deze uitspraak dat God vervangen is door een andere entiteit, namelijk wetenschap en door een ander geloof, de omnipotentie van technologie.[1] In Nietzsches werk is de uitspraak het bekendst geworden door aforisme 125, De dolle mens uit De vrolijke wetenschap. Het idee van een dode God bestaat al veel langer in filosofische en theologische tradities, zoals bij de filosofen Wilhelm Friedrich Hegel en Philipp Mainländer en dichters Heinrich Heine en Johann Rist. Recenter heeft de uitspraak invloed gehad op aanhangers van de God-is-dood-theologie.