Herinneringsmedaille aan de Oorlog in de Oriënt
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
De Herinneringsmedaille aan de Oorlog in de Oriënt (Frans: Médaille commémorative d'Orient en officieel Médaille commémorative des Dardanelles et de l'Oriënt) was een onderscheiding voor de veteranen van de gevechten in de Oriënt en aan het Balkanfront waar het Geallieerde Oostelijke Leger diverse belangrijke veldtochten heeft ondernomen. Het ging om de landingen in Thessaloniki, de Servische campagne, de Roemeense campagne, de Bulgaarse campagne en de Macedonische campagne. De medaille werd aan het groen-witte lint als Herinneringsmedaille aan de Dardanellen ook aan deelnemers aan de Slag om Gallipoli oftewel de landingen op de Dardanellen uitgereikt.
Herinneringsmedaille aan de Oorlog in de Oriënt | ||||
---|---|---|---|---|
medaille | ||||
Uitgereikt door Frankrijk | ||||
Type | Medaille | |||
Bestemd voor | leger en marine | |||
Beschrijving | Herinneringsmedaille | |||
Statistieken | ||||
Instelling | 15 juni 1926 | |||
Volgorde | ||||
Volgende (hoger) | Herinneringsmedaille aan de Oorlog 1914-1918 | |||
Volgende (lager) | Herinneringsmedaille aan Syrië en Cilicië | |||
|
Franse troepen waren in het Nabije Oosten betrokken bij de strijd tegen Turkije. Deelname aan de gevechten bij Kumkale, Sedd-Ul-Bahr en Krithia en staffuncties bij het geallieerde leger in Egypte gaven eveneens recht op de medaille, maar dan aan het blauwe lint met de drie gele strepen. In de bij de wet behorende instructie worden ook de Franse aanwezigheid op Corfou, Mytilène en de Hedjaz].[1] Een tweede instructie noemt Patras-Itea, Milo, Moudos, Tenedos, Tharos, Saloniki, Port-Iero en de Franse troepen in Syrië.[2] Aanwezigheid in deze oorlogsgebieden gaf recht op een medaille met de opschrift "ORIËNT".
De Slag om Gallipoli, de mislukte Frans-Britse poging om de Dardanellen, de zeeweg tussen de Middellandse Zee en de Zwarte Zee te veroveren. De geallieerden zetten 4 Britse en een Franse divisie onder bevel van Admiraal Albert d'Amade aan land. De 489 000 Britse en 79 000 Franse soldaten werden door een vloot, waaronder oude Franse slagschepen, ondersteund.
De Turkse verdedigers hadden zich goed op de aanval kunnen voorbereiden. Zo werden de Franse schepen getorpedeerd, andere liepen op mijnen. De infanteristen verging het niet beter, 9 798 Fransen sneuvelden en 17 371 raakten gewond. De geallieerde aanval werd afgeslagen door Turkse en Duitse troepen.