Jacobus Engelsma Mebius
ambtenaar / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Jacobus Engelsma Mebius (Nijehaske, 25 januari 1749 — Hardegarijp, 30 januari 1838) was een Friese predikant en schrijver. Hij was ruim 60 jaar als predikant werkzaam, waarvan de laatste 41 jaar in Rijperkerk en Hardegarijp.
Mebius was lid van de kerkelijke commissie in Friesland (1800-1802), was medeoprichter van het Nederlandse Zendelinggenootschap en richtte enkele Friese afdelingen van het Bijbelgenootschap op.[1]
In 1809 werd Mebius benoemd tot doctor honoris causa door de hogeschool van Harderwijk.[2] Hij was betrokken bij het Haagsch Genootschap ter bestrijding van de neologie, waar hij voor twee theologische verhandelingen een gouden medaille won.
Hij schreef onder meer Hoseas uit het Hebreeuwsch vertaald (Utrecht, 1799) en Gedenkwaardigheden uit de scheppings- en aartsvaderlijke geschiedenis (3 dln., Utrecht, 1799-1800).