Pangenese
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Pangenese is de theorie van Charles Darwin (1809-1882) over de erfelijkheid van eigenschappen waarbij deeltjes van cellen van over het hele lichaam zich samen zouden voegen om geslachtscellen te produceren. Hugo de Vries (1848-1935), die Darwin ontmoet heeft, gebruikte de term pangenen echter voor de deeltjes die zich in de cellen zouden bevinden maar, in tegenstelling tot wat Darwin voorstelde, zou elk van deze cellen volgens de Vries alle informatie voor het hele organisme bevatten. Beiden dachten, net als vele tijdgenoten en volgens de theorie van hun voorganger Jean-Baptiste de Lamarck (1744-1829), dat erfelijkheid bepaald werd door het doorgeven van verworven eigenschappen in plaats van aangeboren eigenschappen.[1][2]