Alfredo Ottaviani
Italiaanse geestelijke / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Alfredo Ottaviani (Rome, 29 oktober 1890 – Vaticaanstad, 3 augustus 1979) was een Italiaans kardinaal.
Alfredo Ottaviani | ||||
---|---|---|---|---|
Kardinaal van de Rooms-Katholieke Kerk | ||||
Rang | kardinaal-priester | |||
Titeldiakonie | Santa Maria in Domnica (1953-1967) | |||
Titelkerk | Santa Maria in Domnica (1967-1979) | |||
Creatie | ||||
Gecreëerd door | Paus Pius XII | |||
Consistorie | 12 januari 1953 | |||
Kerkelijke carrière | ||||
1962 | Titulair aartsbisschop van Berrhoea | |||
|
Paus Pius XII creëerde hem kardinaal in 1953. Hij diende als Secretaris van het Heilig Officie van 1959 tot 1966. Toen dit dicasterie door Paus Paulus VI omgevormd werd tot de Congregatie voor de Geloofsleer, werd hij hiervan tot 1968 de Pro-Prefect. Ottaviani was een vooraanstaand man binnen de Kerk en de aanvoerder van de behoudende vleugel tijdens het Tweede Vaticaans Concilie (1962 - 1965). Als voorzitter van de theologische commissie was hij betrokken bij het opstellen van de ontwerpteksten van het concilie. Tijdens zijn pleidooi op het concilie om de liturgie met de nodige omzichtigheid te behandelen overschreed hij de voorgeschreven limiettijd van tien minuten. Toen kardinaal Alfrink de microfoon liet afsnijden werd dit met applaus ontvangen. De vernederde kardinaal bleef twee weken weg van het concilie maar hervatte daarna onverstoorbaar zijn werk.[1][2][3].