Jabhat Fateh al-Sham
radicaal-islamitische rebellengroep in Syrië, gerelateerd aan al Qaeda / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Jabhat Fateh al-Sham (Arabisch: جبهة فتح الشام, letterlijke Nederlandse vertaling: Front voor de verovering van de Levant) was een gewapende rebellengroep die sinds 23 januari 2012 actief was in de Syrische Burgeroorlog. Tot 28 juli 2016 stond de groep bekend als Jabhat al-Nusra of Al-Nusra Front (Arabisch: جبهة النصرة لأهل الشام, letterlijke Nederlandse vertaling: 'steunfront') en was deze gelieerd aan Al Qaida. Op 28 juli 2016 kondigde de groep aan dat het de naam had gewijzigd en niet langer deel uitmaakte van Al Qaida.[1] Op 28 januari 2017 is Jabhat Fateh al-Sham ontbonden en gefuseerd met een aantal kleinere groeperingen waarmee het verder gaat onder de naam Tahrir al-Sham.[2]
جبهة النصرة لأهل الشام | ||
---|---|---|
Oprichting | 23 januari 2012 - 28 januari 2017 | |
Hoofdkantoor | Deir ez-Zor | |
Actief in | Syrië en Libanon | |
Leider | Abu Mohammad al-Jawlani Abu Anas al-Sahaba | |
Ideologie | Salafisme Takfirisme Jihadisme Antiwesters | |
Doelstelling | Verdrijven troepen Assad Stichting van een islamitische staat in Syrië | |
Status | Wordt gezien als een terroristische organisatie door de VN, Syrië, de VAE, Canada, Australië, Turkije, Rusland, de EU en de VS | |
Methoden | Reguliere oorlogsvoering Onderdrukking van religieuze minderheden Aanslagen op overheidsgebouwen |
De groep telt naar schatting tussen de 5000 en 10.000 strijders[1] en is actief in Noordwest-Syrië. Leden van de organisatie zijn constant actief in de vuurlinie. De organisatie is bekend geworden, niet alleen omwille van haar militaire successen, maar tevens vanwege haar wreedheid tegenover tegenstanders. De leiders zijn Abu Mohammed al-Golani en Abu Anas al-Sahaba.
De organisatie wordt aangeduid als een terroristische organisatie door de VN, Syrië, de VAE, Australië, Turkije, Iran, Rusland, Canada, de VS en de EU. Ook na de splitsing en naamswijziging wordt de groep nog steeds als een terroristische organisatie beschouwd door de VS, Rusland, Iran en de VN.[1][3]