PDD-NOS
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
PDD-NOS, voluit pervasive developmental disorder - not otherwise specified (PDD-NOS; Nederlands: Pervasieve ontwikkelingsstoornis, niet anderszins omschreven, afgekort POS-NAO; ook in het Nederlands taalgebied wordt overwegend deze Engelse afkorting gebruikt), was een restgroep voor ontwikkelingsstoornissen die voldeden aan criteria voor pervasieve ontwikkelingsstoornissen, maar niet voldoende kenmerken hadden van een specifieke pervasieve ontwikkelingsstoornis. Doordat het een 'restgroep' was, waren de onderlinge verschillen tussen mensen met PDD-NOS groot en konden verschillende kenmerken op de voorgrond staan.
Neem het voorbehoud bij medische informatie in acht. Raadpleeg bij gezondheidsklachten een arts. |
PDD-NOS was geclassificeerd en vastgelegd in de herziene vierde editie van het handboek Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (DSM-IV-TR). Met de invoering van de DSM-5 in mei 2013 kwam PDD-NOS te vervallen; alle pervasieve ontwikkelingsstoornissen (klassiek autisme, het syndroom van Asperger, atypisch autisme, het syndroom van Rett en desintegratiestoornis van de kinderleeftijd en PDD-NOS) werden samengevoegd tot één categorie: autismespectrumstoornis. In Nederland wordt ook de meervoudig complexe ontwikkelingsstoornis (McDD) hierbij gerekend (McDD staat niet apart beschreven in de DSM).
PDD-NOS is ook vervallen in de elfde versie van de International Statistical Classification of Diseases and Related Health Problems (ICD), het internationale handboek van de Wereldgezondheidsorganisatie, formeel van kracht sinds 1 januari 2022;[1] alle pervasieve ontwikkelingsstoornissen (behalve het syndroom van Rett) zijn samengevoegd tot autismespectrumstoornis (ICD11: 6A02).[2][3]
Omdat de ontwikkelingsstoornissen binnen de categorie PDD-NOS veel van elkaar verschillen en de symptomen van de afzonderlijke aandoeningen in vorm en intensiteit uiteenlopen, zijn er geen aanvullende criteria bepaald om deze stoornissen specifieker te definiëren (wat ook blijkt uit de toevoeging 'niet anders omschreven'). Om te bepalen of de stoornis binnen de categorie PDD-NOS valt, hanteert de DSM-IV de volgende criteria: er is een duidelijke achterstand of beperking in de sociale interactie; daarbij bestaan er tekortkomingen in de (non-)verbale communicatievaardigheden of is er sprake van stereotypisch gedrag en interesse.[4] In de differentiaaldiagnose moet worden uitgesloten dat er sprake is van een andere pervasieve ontwikkelingsstoornis. Ook moet, met name bij volwassenen, worden uitgesloten dat de symptomen het gevolg zijn van schizofrenie, schizotypische persoonlijkheidsstoornis of ontwijkende persoonlijkheidsstoornis.